Verloren erfgoed
Onlangs reisde ik per trein van en naar Brugge. Op de terugweg stapte ik over op station Antwerpen-Centraal. Daar is nog een fraaie stationsrestauratie, iets wat ik op de meeste Nederlandse stations deerlijk mis. Ik houd van sfeervolle, fin-de-siècle restauraties, zoals ik ook graag cafés uit die periode bezoek. Café Louvre in Praag, bijvoorbeeld, of Central in Wenen.
Terwijl ik in Antwerpen een soepje nuttigde vroeg ik me af waar in Nederland je nog zulke stationsrestauraties hebt. Op de meeste stations helemaal niet, daar kun je naar een kiosk of iets uit een muur trekken. De zaken op de stations van Rotterdam en Utrecht zijn me te modern en te sfeerloos. Ik kan me eigenlijk alleen het grand-café bij perron 2 van station Amsterdam-Centraal bedenken. Het zou kunnen zijn dat Groningen ook nog zoiets heeft, maar ik ben daar te lang niet geweest om het me te kunnen herinneren.
Ik denk met weemoed terug aan de restauratie op station Holland Spoor, waar mijn studiemaat en ik, toen we geschiedenis MO deden aan de School voor Taal- en Letterkunde, vele aangename uren doorbrachten. Na de grote brand, ook jaren geleden alweer, is hij verdwenen, men vond het de moeite niet waard dit erfgoed in oude staat terug te brengen.
Ook Haarlem had zo’n mooie restauratie. Ik heb er de schilder Kees Verwey, toen al op hoge leeftijd, nog koffie zien drinken. Op een dag kwam ik met vrienden terug van een bijeenkomst in Haarlem en zagen we dat de restauratie daar was veranderd in een of andere salsa-tent. Wat er nu van geworden is, weet ik niet, de laatste keer dat ik op het Haarlemse station was, was de boel dicht en donker.
Dordrecht had ook een aardige stationsrestauratie, zij het geen fin-de siècle. Je kon in de jaren zeventig en tachtig goed eten in de toen nog eerste klasse. Later werd die met de tweede klasse samengevoegd. Ook niet onaardig, maar een stap achteruit. Nu is het een kille Albert Heyn to go. Treinreizen, het wordt steeds sfeerlozer en minder aantrekkelijk.