Het was vroeg opstaan, gisteren. Ik moest om vier uur op om het eerste vliegtuig van Thessaloniki naar Athene te nemen om daar mijn vlucht naar Syros te halen. De taxi stond me precies op tijd op te wachten, de weg naar het vliegveld, eerder deels gesloten wegens werkzaamheden, was open en de vluchten waren op tijd. Om half elf begroette ik mijn vriendinnen Anke en Lienke op het vliegveld(je) van Syros en een klein half uur later arriveerden we bij mijn hotel.
Wat ouder maar sfeervol met een mooie binnentuin en een kamer aan de rustige achterzijde. Dus geen geraas van denderende motoren die Griekenland soms zo onaangenaam maken. Tijdens de vlucht Athene-Syros zat ik naast een Amerikaanse, een ‘mental coach’ uit Chicago. Ze reisde door Griekenland, maar had zich, laat ik het voorzichtig zeggen, qua kennis niet heel erg op de reis voorbereid. De korte vlucht leek nog korter door alle antwoorden die ik op haar vragen heb gegeven. Over Trump hebben we het maar niet gehad. Die weet waarschijnlijk ook niet wat de Cycladen zijn en waar de Egeïsche Zee ligt.
Nadat ik me in mijn kamer had geïnstalleerd nam ik een verkwikkend stortbad en daarna een tsipouro in de aangename hotelbar met uitzicht op de haven van Ermoupolis en het eiland Tinos. Vervolgens bracht ik de middag door bij Anke en Lienke in Ano Syros, hoog op een heuvel, met een magistraal panorama. Jammer van die smerige en lawaaierige scheepswerf midden in de haven van Ermoupolis.